Eerder werd al – met Koenraad – opgemerkt dat het oppassen geblazen is als het gaat om (elektronisch) berichtenverkeer. Je neemt zomaar een besluit. In dat artikel in de Gemeentestem werd vooral gesproken over berichten vanuit de ambtenaar of bestuurder. Een net gepubliceerde (maar al wat oudere) uitspraak van de Rechtbank Midden-Nederland van 15 december 2020 (ECLI:NL:RBMNE:2020:5874) leert dat het ook oppassen is voor de advocaat-gemachtigde van een bestuursorgaan.
Diens brief is een besluit want vormt simpelweg een afhandeling van het Wob-verzoek. Het is allerminst een (vrijblijvende) uitwisseling van gedachten tussen advocaten zonder enig voorbehoud aangaande besluitvorming door het bestuursorgaan. Ook externen moeten dus oppassen met enig berichtenverkeer (namens) een bestuursorgaan!
Wat het misbruik betreft wil de rechtbank er in dit geval niet aan. Dit ongeacht het feit dat de kwestie qua omstandigheden (gedrag dat niet door de beugel kan) toch op zekere hoogte aardige gelijkenis vertoont met de kwestie waar de Rechtbank Limburg over oordeelde (zie update).