Meermalen is al gesteld – zie o.a. dit artikel in JB Select – dat niet al te gemakkelijk een beroep moet worden gedaan op misbruik van (proces)recht. Ook het college van B&W van Zwolle komt erachter dat met name het 11 keer doen van een Wob-verzoek – naar facturen van een advocatenkantoor – niet vanzelf maakt dat misbruik mag worden aangenomen. De Rechtbank Overijssel meent in deze uitspraak dat de opstelsom van eerdere verzoeken onvoldoende is.
Eerder werd nog de vrees uitgesproken dat de Wbp en AVG – door het nog altijd wel van toepassing zijn van de wet dwangsom niet-tijdig beslissen – voer zou worden voor partijen die procedures voeren om er financieel wijzer van te worden. De praktijk laat zien dat dit nog altijd meevalt, ondanks het gegeven dat vermeend misbruik nog altijd niet (snel) wordt aangenomen door de Raad van State (zie deze update en deze annotatie). Deze uitspraak van de Rechtbank Rotterdam laat een zeldzaam geval zien dat toch misbruik wordt aangenomen. Relevant voor de rechtbank is dat betrokkene een bekende is van vele procedures en dezelfde verzoeken bij veel gemeenten heeft gedaan (en ook daar om dwangsommen heeft verzocht). Aspecten die we ook kennen als relevant bij vermeend Wob-misbruik.