In een uitspraak van de Rechtbank Den Haag (28 oktober 2024, ECLI:NL:RBDHA:2024:17545) is nog maar eens duidelijk gemaakt dat ook een beroep op bijzondere openbaarmakingsregimes (net als het inroepen van uitzonderingsgronden) een beoordeling van de documenten en een motivering vergt.
Achtergrond van de zaak
De eiser, die verdachte is geweest in een strafrechtelijk onderzoek, had een Woo-verzoek ingediend bij de politie. Het verzoek bestond uit twee delen:
1. Documenten die betrekking hebben op de totstandkoming en besluitvorming binnen verschillende strafrechtelijke onderzoeken en een Joint Investigation Team (JIT).
2. Documenten over algemene aangelegenheden, zoals offertes, boekingsbevestigingen en beleidsdocumenten met betrekking tot digitale opsporing en gegevensverwerking.
De politie had het Woo-verzoek afgewezen met de argumentatie dat de gevraagde informatie onder bijzondere openbaarmakingsregelingen viel, zoals het Wetboek van Strafvordering (Sv), de Wet politiegegevens (Wpg) en de Wet justitiële en strafvorderlijke gegevens (Wjsg). Deze regelingen zijn ook inderdaad opgenomen in de bijlage bij de Woo waardoor, via artikel 8.8 Woo, bepaalde onderdelen van de Woo niet van toepassing zijn. Daarnaast werden weigeringsgronden uit de Woo toegepast.
Oordeel van de rechtbank
De rechtbank oordeelt dat de politie het Woo-verzoek niet zorgvuldig heeft behandeld en onvoldoende heeft gemotiveerd. De belangrijkste punten van kritiek waren:
1. Onvoldoende inzichtelijke zoekslag: De politie heeft niet duidelijk gemaakt hoe er is gezocht naar de relevante documenten. Er is geen inventarislijst gemaakt en het is onduidelijk welke zoektermen en bronnen waren gebruikt.
2. Beoordeling op documentniveau: De politie heeft ook niet per document beoordeeld of het onder de Woo viel of onder een bijzonder openbaarmakingsregime. De rechtbank benadrukt dat een principiële beslissing zonder inhoudelijke beoordeling van de individuele documenten onvoldoende is.
3. Toepassing van bijzondere openbaarmakingsregimes: De rechtbank vindt dat de politie niet aannemelijk heeft gemaakt dat alle documenten onder de bijzondere openbaarmakingsregimes vielen. Er is onvoldoende gemotiveerd waarom bepaalde documenten, zoals stukken over mediastrategie en JIT-meetings, niet onder de Woo zouden vallen.
Gevolgen van de uitspraak
De rechtbank vernietigt het besluit van de politie en draagt hen op om binnen tien weken een nieuw besluit te nemen met inachtneming van de uitspraak. Dit nieuwe besluit moet beter gemotiveerd zijn en duidelijk maken hoe de politie heeft gezocht naar de documenten en welke weigeringsgronden per document van toepassing zijn.
Conclusie
Deze uitspraak onderstreept het belang van een zorgvuldige en transparante behandeling van Woo-verzoeken. Het is essentieel dat overheidsinstanties duidelijk maken hoe zij zoeken naar documenten en per document motiveren waarom bepaalde informatie wel of niet openbaar kan worden gemaakt. Deze zaak benadrukt ook de noodzaak om Woo-verzoeken niet integraal af te wijzen zonder gedegen onderbouwing. Een beoordeling per onderdeel van een document is ook vereist als een beroep wordt gedaan op een bijzondere regeling uit de bijlage bij de Woo.