Van der Sluis in ‘de Staatscourant’: Praktijk says Woo!

In 2012 werd de nieuwe Wet Openbaarheid van bestuur als initiatiefwetsvoorstel aan de Tweede Kamer aangeboden. Sindsdien is het nodige, over wat uiteindelijk als de Wet open overheid (Woo) bekend is geworden, gepasseerd. Een indringende Kamerbehandeling leidde uiteindelijk tot een akkoord van de Tweede Kamer in 2016; een overwinning voor de Initiatiefnemers. De toenmalige minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties liet het er evenwel niet bij zitten, mede gesteund door een lobby vanuit de bestuurspraktijk. Een onderzoek verscheen waaruit bleek dat de Woo, in de staat waarin de Tweede Kamer die had aangenomen, tot hoge uitvoeringskosten zou leiden. Reden voor de Eerste Kamer om op de rem te trappen. De Initiatiefnemers konden niet anders dan in overleg treden met Rutte III. De uitkomst: een novelle die begin dit jaar aan de Tweede Kamer werd aangeboden.

Dit wijzigingswetsvoorstel geeft een mooie indruk van wat onderhandelen in Den Haag kan opleveren. De Woo zal er komen, maar het verschil tussen 2012 en 2019 is fors te noemen. Werd eerst nog een plicht tot het actief openbaar maken van een grote hoeveelheid informatie, aan de hand van een voor een ieder te raadplegen register, voorgesteld. Het register is van de baan. Die ogenschijnlijke plicht, die een enkeling onder wie ondergetekende in de wet las, is nooit zo bedoeld, zo blijkt nu. Resultaat: een met de regeling in de Wet openbaarheid van bestuur (Wob) vergelijkbare inspanningsverplichting: maak zoveel als mogelijk actief openbaar. Nieuw is wel dat een aantal soorten documenten al expliciet wordt genoemd waaraan in elk geval gedacht zou moeten worden.

Ogenschijnlijk winstpunt voor de initiatiefnemers is het wisselgeld, de introductie van een Tijdelijk adviescollege informatiehuishouding. Dit college moet een meerjarenplan, op te stellen door de minister van BZK gaan beoordelen en gaan sturen op de uitvoering. Geen informatiecommissaris zoals eerst voorgesteld (en al gesneuveld bij de Tweede Kamer). Maar toch een onafhankelijk orgaan dat toeziet op de te plegen inspanningen om digitale overheidsinformatie toegankelijk te maken. Vanwege de achterstand op dat terrein was het werken met een online register en vla die weg ontsluiten van Informatie te kostbaar gebleken. Met dit meerjarenplan kan gelijk worden geanticipeerd op de laatste inzichten die maken dat WhatsApp- en sms-berichten, maar ook andere digitale gegevensdragers, gewoon onder de Wob vallen.

Al met al lijkt de bestuurspraktijk zich te kunnen vinden in de Woo zoals die er nu ligt. Veel weerstand vanuit de Tweede of Eerste Kamer valt er ook niet te verwachten. Die Woo komt er dus wel, zou ik menen. Had niet kunnen worden volstaan met een beperkte aanvulling van de Wob en daarmee een behoud van al het moois van de Wob? Ik zou menen van wel, maar goed wie ben ik, ‘praktijk says Woo!’.

Deze column is op 17 april 2019 verschenen in de Staatscourant.

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *