Rechtbank Noord-Holland 28 april 2021; Documenten-fuik, argumenten-fuik en uit eigen beweging zoeken naar appjes

Een bijzondere uitspraak van de Rechtbank Noord-Holland om meerdere redenen.

Documenten-fuik in Wob-procedures?

Kennelijk vindt de rechtbank het nodig dat de Wob-verzoeker die het niet eens is met een besluit gedetailleerd aangeeft waar zijn bezwaren op zien. Zo maar roepen dat het om alle niet openbaar gemaakte stukken is onvoldoende. Een omvangrijk verzoek indienen mag, maar vervolgens moet wel duidelijk worden waarmee de verzoeker het vervolgens niet eens is. Illustratief verwijzen naar enkele zwarte onderdelen in documenten kan de verzoeker dan – zoals in deze uitspraak duidelijk wordt – duur komen te staan.

Voor alle betrokkenen in het bestuursproces goed om hier notie van te nemen (en best voor discussie vatbaar)!

Beoordeling van intern beraad/persoonlijke beleidsopvattingen

Vervolgens accepteert de rechtbank redelijk gemakkelijk dat correspondentie met de advocaat van de gemeente niet wordt verstrekt. Natuurlijk zijn dat documenten van intern beraad, maar het niet per zelfstandig onderdeel van een document beoordelen (wat overweging 8.4 toch suggereert) wekt verbazing.

Over de – zeker de afgelopen tijd – veel besproken mogelijkheid om geanonimiseerd te verstrekken (artikel 11, lid 2, Wob) stelt de rechtbank dat eiser maar eerder met dit punt had moeten komen. Zonde voor eiser, en de vraag dringt zich op of de rechtbank hier niet wat actiever in had kunnen optreden, want gegeven de rechtspraak op dat punt lijkt toch echt een andere wind te waaien (zie deze update). Te meer nu men kennelijk wel artikel 11 in meer algemene zin bestreden had én bovendien de bevoegdheid van 11 lid 2 een verplicht aspect moet zijn van de besluitvorming van het bestuursorgaan.

Onevenredige benadeling

De rechtbank is ook redelijk makkelijk wat betreft het aanwezig achten van de weigeringsgrond onevenredige benadeling. Voldoende is voor de rechtbank dat openbaarmaking tot onevenredige benadeling “zou kunnen leiden”. Wat mager gelet op de uitspraak van de Raad van State vorige week.

WhatsApp- en sms-berichten

Als verzoeker om documenten vraagt dan valt daar ook onder, zeker sinds maart 2019, elektronisch berichtenverkeer via de sms of WhatsApp. Daar moet dan naar gezocht worden en niet alleen als daar expliciet om wordt gevraagd. Hoe dit zoeken in te richten (of welke afspraken intern gemaakt kunnen worden over appen en sms-en) is beschreven in een whitepaper.