Raad van State: door de bomen de concepten niet meer zien

Door een rigide beleid van de rijksoverheid om concepten nagenoeg standaard niet openbaar te maken, is de vraag of en hoe concepten te beoordelen onder de Woo een levend thema in de praktijk (zie begin 2022 deze column). Een uitspraak over een concept Bomenplan is een nieuwe loot aan de boom van steeds rijker wordende rechtspraak op dit punt.

Uitgangspunt

De kaders lijken helder. Het documentbegrip van de Woo (artikel 2.1) maakt dat de aard van het document er niet toe doet. Een chatbericht valt er onder, zo ook videobeelden en (daarmee) dus ook concepten. De Raad van State volgt deze lijn ook, zo leerde eerdere uitspraken. Die documenten moeten dus ook worden betrokken bij een Woo-verzoek naar alle documenten. Dat is alleen niet het geval als de verzoeker het verzoek beperkt tot enkele specifieke documenten, niet zijnde concepten (zie dit bericht).

Maar makkelijk te weigeren?

Dat maakt dus dat de inhoud van het concept bepalend is voor de vraag of de verzoeker het dan vervolgens krijgt. Want de inhoud bepaalt of bijvoorbeeld sprake is van een uitzondering van hoofdstuk5 Woo. In een uitspraak over een concept Bomenplan maakt de Raad van State het vervolgens wel erg gemakkelijk voor het bestuursorgaan.

Het concept is opgesteld “ten behoeve van intern beraad en bestaat vrijwel geheel uit persoonlijke beleidsopvattingen. Het concept was nog aan verandering onderhevig.” aldus de enkelvoudige kamer.

Dat eerste aspect – dat het zou bestaan uit nagenoeg louter persoonlijke beleidsopvattingen – laat zich moeilijk beoordelen zonder het stuk te kennen. Het tweede onderdeel, dat de Raad van State kennelijk doorslaggevend acht dat het stuk nog aan verandering onderhevig is, is meer algemeen relevant. Dat gegeven hangt in de regel onlosmakelijk samen met het zijn van een concept. Dat zou het niet verstrekken van concepten vervolgens wel weer erg gemakkelijk maken.