Update Raad van State 30 september 2020; De Wob, Auteurswet, Databankenwet en de registratie van geneesmiddelen

Het College ter beoordeling van geneesmiddelen wordt met enige regelmaat benaderd via de Wob en niet zelden door concurrenten. Veelal gaat het om informatie in een registratiedossier van een geneesmiddel. De spanning met Europese regelgeving omtrent vertrouwelijkheid van dergelijke informatie en überhaupt de bedrijfsvertrouwelijke aard van de informatie dringt zich al snel op. De Raad van State kraakt enkele heldere noten in dat verband (die ook in breder perspectief relevant zijn):

  • De werking van de Auteurswet: de Wob beperkt de beperking van de Auteurswet. Wel kan het gegeven dat ergens auteursrecht op rust maken dat in Wob-verband eerder tot een weigering moet worden overgegaan. Dat is echter geen gegeven en behoeft motivering in de sleutel van de onevenredige benadeling;
  • De werking van de Databankenwet: in dit geval is geen sprake van een databank zodat er ook geen bescherming geldt voor de informatie hier aan de orde;
  • De werking van de TRIPs-overeenkomst: deze internationale overeenkomst ter bescherming van intellectueel eigendom geeft geen verplichting tot vertrouwelijkheid, maar laat dit uitwerken door andere regelingen zoals de Wob. Te denken valt aan de bescherming van bedrijfs- en fabricagegegevens en onevenredige benadeling.
  • Onevenredige benadeling: met een vaste beoordelingswerkwijze kan ook rekening worden gehouden met de investeringen van een partij om tot een aanvraag (registratie in dit kader) te komen. Het maximale nadeel (in dit geval EUR 180.000,–) acht de Raad van State kennelijk te beperkt, mede in het licht van investeringen die concurrenten met deze informatie toch nog moeten doen (kijken of het nog actueel is e.d.) en omdat het deels is gebaseerd op openbare informatie.