Rechtbank Midden-Nederland; extra beoordeling bij het besluit tot actief openbaar maken (van Woo-besluiten)

Op meerdere plekken (zie bijvoorbeeld dit artikel) is er al op gewezen dat actief openbaar maken niet gemakkelijk is. Het levert een besluit op en vraagt (vooraf) om een beoordeling over wat dan actief openbaar wordt gemaakt. Een uitspraak van de Rechtbank Midden-Nederland onderstreept dit nog eens mooi in een geval waarbij een gemeente alvast vooruit loopt op de inwerkingtreding van artikel 3.3 Woo. Verzoeker is van mening dat dit actief openbaar maken een tandje minder moet.

Lakken bij actief openbaar maken

Zoals meer bestuursorganen loopt dus ook de gemeente in deze kwestie vooruit op de inwerkingtreding van het onderdeel van de Woo waaruit volgt dat bepaalde informatie-categorieën actief openbaar gemaakt moeten worden. In dit geval de categorie Woo-besluiten. Hoewel het geen onderdeel uitmaakt van het besluit waartegen het beroep in deze kwestie zich keert, gaat de rechtbank er wel op in.

De rechtbank maakt duidelijk dat actief openbaar maken niet simpelweg een feitelijke handeling vormt. De informatie die openbaar gemaakt wordt, moet nog worden beoordeeld. De vraag die men zich moet stellen: zijn er belangen die aan openbaarmaking – van alle onderdelen – in de weg staan (kijkend naar bijvoorbeeld artikel 5.1 Woo)? Zo kan bijvoorbeeld de persoonlijke levenssfeer in het geding zijn. Dat wordt hier ook gesteld omdat het Woo-besluit dat openbaar gemaakt wordt volgt op een verzoek om informatie over enkele specifieke adressen.

De rechtbank maakt duidelijk dat uit de Woo volgt dat het onderwerp van het verzoek niet geanonimiseerd kan worden. Hieruit volgt alleen wel dat bepaalde andere informatie – in combinatie met het onderwerp – wél geanonimiseerd moet worden. In dit geval woorden als ‘buurpand’ en ‘buurman’.

Bestuurlijke aangelegenheid?

Bijzonder overigens dat de rechtbank in de oude Wob-terminologie blijft spreken van “de bestuurlijke aangelegenheid” die niet geanonimiseerd kan worden. Dat begrip heeft de wetgever immers willen verlaten. Ervoor in de plaats gekomen is de eis dat het verzoek moet zien op informatie die “verband houdt met de publieke taak” (zie artikel 2.1 Woo). Een begrip dat weer – als we de toelichting bij de Woo mogen geloven – hetzelfde inhoudt als de ‘good old’ bestuurlijke aangelegenheid. Over het gerommel met deze begrippen lees dit blog of dit artikel of beluister deze Woo-podcast.